Werkingsprincipe

Het principe van warmtepompen is dat er bij lage temperatuur warmte wordt vrijgegeven die bij hogere temperaturen weer wordt opgenomen. U kunt warmtepompen daarmee vergelijken als een soort batterij. Als het zomer is wordt de batterij opgeladen, dan is er immers genoeg warmte om dit te doen, en als het winter is wordt de batterij gebruikt en loopt ‘ie leeg, dan is er immers weinig warmte voorhanden (want het is winter), en komt de energie uit de batterij goed van pas. Als de winter voorbij is wordt er weer opgeladen, en zo gaat dat cirkeltje jaar in jaar uit door.

Verdampen en condenseren

De meeste warmtepompen laten een vloeistof bij een lage temperatuur verdampen zodat er energie vrijkomt, en laten het bij hoge temperatuur weer condenseren zodat er energie wordt opgenomen. Aangezien dit precies andersom is dan hoe vloeistoffen normaal reageren (condenseren bij kou en verdampen bij warmte) dienen de kooktemperatuur en condensatietemperatuur dus ook te worden omgedraaid. Dit kan gebeuren door handig gebruik te maken van drukvorming.

Rendement

Doordat de warmte die door warmtepompen wordt gebruikt al aanwezig is en enkel nog maar hoeft te worden opgepompt, is er relatief weinig energie nodig om een grotere hoeveelheid energie te benaderen.

Waar normale HR CV ketels een rendement behalen van zo’n 107% (er komt 7% meer energie vrij dan er in wordt gestopt) kan een warmtepomp rendementen halen van honderden procenten. 400% rendement is voor een warmtepomp geen gekkigheid.